mijn2deleven van John Toxopeus
  • Weblog
  • Publicaties en recensies
  • Bibliografie
  • Knipsels

Genieten

11/12/2018

0 Reacties

 
Foto
Vanmiddag zat ik in wachtruimte 7 van een van de poli's van het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein, recht tegenover twee kunstwerken. 'Toeval bestaat niet,' zei mijn vrouw, 'die zijn van Gert Strengholt.'
Ik moest denken aan de mensen die over enkele weken 'Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen' kopen en zullen genieten van de veertig tekeningen van Gert Strengholt en mijn honderd zkv's (zeer korter verhalen), zullen lezen natuurlijk.
0 Reacties

Vianen bespied door een vissenoog

5/12/2018

0 Reacties

 
Foto
In Mijn Vrijstad Vianen in Waterhalen, een bundel van honderd zeer korte verhalen bespiedt de auteur Vianen door een vissenoog, soms een lachspiegel, soms een dankbare prooi waarbij hij, zoals zijn lezers van hem gewend zijn, niet nalaat ook zichzelf bloot te geven. Eind januari/begin februari 2019 wordt de bundel gepresenteerd. Meer informatie volgt. Aanmelden kan bij waterverhalen@xs4all.nl De bundel is schitterend geïllustreerd met onder andere tekeningen van beeldend kunstenaar Gert Strengholt. Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen: in Vijfheerenlanden de bestseller van 2019.
0 Reacties

De bestseller 2019 van de Vrijstad Vianen

29/11/2018

0 Reacties

 
Foto
Vormgever Vincent Zandkuijl van GoDutchDesign maakte dit ontwerp voor de cover van mijn bundel met honderd zkv's (zeer korte verhalen) over Vianen en Water. Een kijkje in het binnenwerk bewaar ik voor volgende week. Eind januari, hooguit begin februari 2019 wordt het boek in Vianen gepresenteerd. Datum en locatie worden half december bekend gemaakt. Wilt u zeker zijn van een uitnodiging? Mail: waterverhalen@xs4all.nl
0 Reacties

Parende kikkers*

28/11/2018

0 Reacties

 
Foto
Fietsen doe ik niet meer. Ik wandel voor mijn lichaamsbeweging, noodzakelijk nu ik ouder word. Lopen is minder gevaarlijk dan fietsen. Over ongelukken met wandelaars lees ik zelden. Bij voorkeur loop ik langs het water. Een reden om hier te blijven wonen, want in Vianen is water genoeg. De cadans van de golfslag tegen de oever sla ik op in mijn geheugen voor het ritme in de zinnen die ik nodig heb als ik schrijf.
Soms zou ik daar over willen praten, van gedachten wisselen met gelijkgestemden.
 
Ik ontmoet een dichter die voor zijn gezondheid fietst omdat zijn hartslag dan vertraagt. Wandelen houdt hij niet lang vol.
We lenen een kano. Hij roeit omdat dat goed voor zijn hartslag is. Ik sla op de zijkant van de boot en geef het juiste ritme aan.
 
Vlakbij de Hofpoort houden we stil. Hij draagt een gedicht voor waarmee hij onlangs een prijs heeft gewonnen. Ik luister geduldig en kijk om me heen. Gedichten hebben me nooit geboeid.
Halverwege een zin leg ik een hand op zijn arm en wijs hem op twee parende kikkers.
Hij vraagt wat daar bijzonder aan is.
Ik zeg: ‘De bovenste is een speler van de voetbalvereniging Brederodes. Ik herken hem aan de groengele strepen.’
De dichter lacht. ‘Die onderste is dan zeker de verzorgster van VV Vianen.’
‘Ken jij die dan?’
‘Ach,’ zegt hij, ‘een vrouwenelftal heeft VV Vianen niet.’
‘Hoe weet je dat het een vrouwtje is?’ vraag ik nog.
Hij leest verder en ik luister. Zijn gedicht gaat over de geheimen van water.
We brengen de kano terug.
De dichter zegt: ‘Ik ga morgen weer fietsen.’
 
Het is voorjaar. Ik wandel langs de voormalige slotgracht van kasteel Batenstein. Er zwemmen kikkertjes met alle kleuren van de regenboog.


*'Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen', een bundel van 100 zkv's (zeer korte verhalen) verschijnt begin 2019 bij Uitgeverij Vijfheerenlanden. Met tekeningen van Gert Strengholt.​​​​​
0 Reacties

Hopen op een laatste keer*

23/11/2018

1 Reactie

 
Foto
De oude brandweerauto staat op de kampeerplaats voor campers bij het Sluiseiland van Vianen. Als hij ’s nachts het water hoort klotsen, voelt hij het kriebelen, denkt hij aan een felle, uitslaande brand. Het is zijn aard.
Een oude wachtcommandant had hem jarenlang onderhouden en vertroeteld totdat de man zelfs niet meer voor zichzelf kon zorgen. De kinderen van de wachtcommandant hadden de liefde van hun vader naar een slopersbedrijf gebracht waar hij nog aardig wat geld opbracht.
De brandweerauto was ontsnapt, had zich de belofte van zijn oude meester herinnerd: ik schenk je aan het Nationaal Brandweermuseum in Hellevoetsluis. Ze waren er al een keer wezen kijken.
 
Hij dwaalde rond in Hellevoetsluis totdat hij de Industriehaven vond en de ingang van het museum herkende. Bij het Droogdok Jan Blanken had hij de weg gevraagd. Omdat hij ook al een standbeeld en een straat met die naam was tegengekomen, vroeg hij bij de incheckbalie wie die Jan Blanken toch was geweest. Dat de man met water te maken had, was hem natuurlijk niet ontgaan.
De dienstdoende gepensioneerde spuitgast eerste klas IJsbrand Vuurzee (dat stond op de badge op zijn  revers), vertelde hem alles over de beroemde waterbouwkundig ingenieur. Het was toevallig zijn hobby. ‘Jan Blanken kon letterlijk alles met water,’ zei spuitgast Vuurzee tenslotte.
‘O, als ik je zo over water hoor praten, wil ik nog maar één ding,’ zei de brandweerauto die ademloos aan zijn lippen had gehangen, ‘dat ik nog eens lekker kan spuiten. Al was het maar voor een laatste keer.’
‘Had dat meteen gezegd,’ zei IJsbrand Vuurzee, ‘over een kwartier zit mijn dienst erop, dan rijden we samen naar Vianen, de vroegere woonplaats van Jan Blanken. Ze vieren daar het Waterjaar. Daar zal je wens zeker in vervulling kunnen gaan. Een toevalstreffer, vind je niet?’
Met de spuitgast eerste klas achter het stuur zongen ze onderweg bij brandweerlieden populaire waterliedjes.
 
‘En nu sta ik hier,’ zegt de oude brandweerauto, ‘IJsbrand is avond na avond op stap. Hij heeft het zo erg naar zijn zin in Vianen dat hij hier hooguit af en toe komt slapen. ’s Nachts hoor ik het water, maar ik kan het niet zien. Laat staan dat ik er mijn pomp in kan hangen en het water door mijn slang kan jagen. O, dat gevoel, ik mis het zo.’
Ik beloofde op onderzoek uit te gaan.
 
Bij de brandweerkazerne aan de Aimé Bonnastraat informeerde ik of ze een spuitgast met de naam Vuurzee waren tegengekomen. Daar moesten de mannen hard om lachen.
‘Zeker,’ zei een brandweerman, ‘hij wil het hele Waterjaar in Vianen blijven. Hij kwam bij ons om geld te lenen. Daar kunnen we natuurlijk niet aan beginnen.’
‘Gelukkig wist hij nog een mogelijkheid om aan geld te komen,’ zei een collega.
 
’s Nachts schrok ik wakker. Het zou toch niet waar zijn? Ik kleedde me aan en reed als de brandweer naar de parkeerplaats. Mijn oude kameraad was verdwenen.
De koplampen van mijn auto schenen in een plas water op de plek waar de brandweerauto had gestaan. Zou hij toch nog hebben gespoten, al was het maar een heel klein straaltje?
Ik stak mijn vinger in de plas en proefde. Zout en lauw, vermoedelijk van hete tranen.

*'Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen', een bundel van 100 zkv's (zeer korte verhalen) verschijnt begin 2019 bij Uitgeverij Vijfheerenlanden. Met tekeningen van Gert Strengholt.​​​​
1 Reactie

Radio Waterval*

19/11/2018

0 Reacties

 
Foto
Voor Leo Hermens
 
Na mijn waterbevalling in november 2017 maakte ik een lijstje van onderwerpen waar ik beslist korte verhalen over ging schrijven. Bovenaan stond het Viaans dictee dat na de vorige succesvolle editie gepland stond voor november 2018. De royale uitnodiging voor een diner van de Rotaryclub Vianen-Vreeswijk, sedert jaren de organiserende instantie, was tevens een uitnodiging voor een vervolg geweest. Een van de korte verhalen, zo nam ik mij voor, zou bestaan uit het dictee zelf en zou natuurlijk gaan over het Waterjaar van Vianen. Ik maakte alvast een bestand met de naam Waterdictee waarin ik woorden en zinnen die mij te binnen schoten, kon noteren.
 
Op weg naar de speciale zomerbieren bij Albert Heijn loop ik de Viaanse dichter Leo Hermens tegen het lijf. Hij vertelt dat hij erop uit is gestuurd om boodschappen te doen. Hij zegt: ‘Nu ik jou tegenkom wordt mijn vrije middag toch nog een beetje gezellig.’ Ook zegt hij dat hij een nieuwtje heeft. Dit jaar schrijft hij het Viaans dictee. De Stichting Leergeld Vianen, die leerlingen van minder draagkrachtige ouders financieel ondersteunt en waarvoor de opbrengsten zijn bestemd, organiseert het dictee dit jaar zelf. Mijn zelfbeheersing wint het van mijn verbazing.
‘Leuke klus, man,’ zeg ik.
Ik herinner me, toen ik een aantal jaren geleden gevraagd werd voor het dictee, dat ik het een tijdje geheim moest houden, omdat mijn voorganger het nog niet wist.
‘Er is maar een voorwaarde,’ zeg Leo, ‘het dictee moet over water gaan.’
Ineens realiseer ik me wie er voor me staat. De dichter van de bundel ‘Radio Waterval.’ Daar is de stichting voor gezwicht. De dichtregels ‘Gooi een rechthoek in het water / Er ontstaat een cirkel’, heeft kennelijk niet alleen op mij diepe indruk gemaakt.
Mijn aanbod om het bijna kant-en-klare dictee dat ik inmiddels heb geschreven belangeloos aan hem over te dragen, kan ik niet over mijn lippen krijgen.
 
Op een poster die ik tegenkom staat onderaan: ‘Aanmelden dictee: bit.ly/2MHd7CD’. Ik maak een foto en neem me voor om het misbruiken van zo’n digitaal hulpmiddeltje, niet belachelijk te maken.

*'Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen', een bundel van 100 zkv's (zeer korte verhalen) verschijnt begin 2019 bij Uitgeverij Vijfheerenlanden. Met tekeningen van Gert Strengholt.​​​
0 Reacties

Het water heeft ons uitverkoren*

14/11/2018

0 Reacties

 
Foto
Er is geen mooiere bestemming voor water dan de verwerking tot bier.
Degenen die het water kennen, weten dat het daar trots op is.
Het water blaakt van zelfvertrouwen. Het is overal geweest. Niet alleen zolang wij bestaan en beseffen wat water is, nee, zolang de aarde bestaat. Zonder water is er geen leven. Zonder water is er geen aarde.
Het water weet dat maar al te goed.
 
‘Ik begin een eigen feestje.’ Dat zei het water op een zonnige dag.
Het ijs was gesmolten, de sneeuw geruimd, de zon kreeg weer de overhand.
Het zocht en vond twee goede vrienden. Het zwoer trouw aan hop en graan.
Zo ontstond de lentebock, bier dat vrolijkheid en liefde brengt.
Dat smaakt naar meer, jubelde het water en ook in de andere jaargetijden zette het zijn beste buikje voor. Zomerpils, herfstbock en winterbier, alle dagen van het jaar leven in de brouwerij.
 
Bescheidenheid kent het water niet. Het drong  zich op aan dienstknechten van de Allerhoogste. Augustijners, Benedictijners, monniken. Zij kozen in plaats van wijn voor water. Hun kloosters en abdijen veranderden in bierbrouwerijen.
Maar het water wilde meer. Het wendde zich rechtstreeks tot de Allerhoogste, het benaderde de Schepper zelf.
En het water sprak: ‘Voor al wat leeft hebt U mij nodig. Geef mij in ruil een eigen land.’
Toen kreeg het water Nederland.
Daar heeft het water nu de leiding, de in Nederland bekende waterleiding.
Het water verbood het leidingwater, dat was te min, te algemeen.
Het wilde voldoen aan de hoogste eisen.
Het water koos voor de Hollandse Waterlinie. Daar daalde het neer van grote hoogte.
Druppels weerspiegelden Fort Everdingen.
Ze wentelden, wrongen en wurmden zich door de zandlagen van het dak.
Gefilterd en zuiver lieten ze zich vallen. Eindelijk thuis.
De inwoners van de Vrijstad Vianen drinken vanaf 2015 hun eigen bier.
Het water heeft ons uitverkoren.
 
Het bier van de Viaanse Fortbrouwerij Duits@Lauret viel tijdens de Japanse ‘International Brewers Competition’ te Yokohama, een van de grootste bierkeuringen ter wereld, in de prijzen. De persoonlijke bemoeienis van de Japanse keizer wordt door het keizerlijk hof met klem weersproken.

*'Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen', een bundel van 100 zkv's (zeer korte verhalen) verschijnt begin 2019 bij Uitgeverij Vijfheerenlanden. Met tekeningen van Gert Strengholt.​​
0 Reacties

Het toppunt van nederigheid*

8/11/2018

0 Reacties

 
Foto
Het bezoek van de Japanse keizer aan Vianen in mei 2000, was lange tijd een goed bewaard geheim. Een voor meditatie vrijgehouden ochtend tijdens het officiële staatbezoek van de keizer, werd gebruikt voor een visite aan Fort Everdingen dat zich op het grondgebied van mijn woonplaats bevindt.
De ontdekking van dit bezoek komt voort uit mijn bijzondere belangstelling voor burchten, vestingen en fortificaties. Daarbij stemde de ernstige verwaarlozing van de forten van de Hollandse Waterlinie mij altijd verdrietig. Dikwijls reed ik langs de in de blubber weggezakte steenklompen overwoekerd door distels en ander onkruid, meestal afgezet met roestig scheefgezakt hekwerk. Alleen het hang- en sluitwerk van de toegangspoorten zag er solide uit wat ik toeschreef aan dreigende schadeclaims wanneer onbevoegden zich door instortingsgevaar een ongeluk op de nek zouden haalden.
 
Groot was mijn vreugde toen ik begin 2001 las dat er vele miljoenen beschikbaar waren gesteld voor restauratie van de oude forten en sluizen. Ik kon het bijna niet geloven. Waar kwam al dat geld vandaan? Het zou toch bij nader inzien geen publiciteitsstunt blijken te zijn? Wie had er belang bij herstel van deze vunzige, beschimmelde door vocht en schimmel aangetaste, mislukte verdedigingswerken?
 
Dagenlang heb ik me verdiept in jaarverslagen van culturele fondsen, de liefhebberijen en vrijetijdsbestedingen van steenrijke landgenoten. Ja, in de Rijksbegroting vond ik wel wat, maar bij lange na niet voldoende voor zo’n omvangrijke operatie. Zou er wellicht in het buitenland interesse zijn voor deze nauwelijks van antieke riolering te onderscheiden verweerde muren en waterlopen?  Was er belangwekkend bezoek uit het buitenland geweest?
 
Het staatsbezoek van de Japanse keizer in het jaar 2000, dus een jaar eerder dan de bekendmaking van de herstelwerkzaamheden, trok mijn aandacht. De keizer van Japan, die hoogst zelden zijn land verlaat. Ik noteerde nog meer bijzonderheden. Hij was bejaard en rijk. En hij bekleedt als gevolg van zijn staatsrechtelijke betekenis, vooral religieuze functies in zijn boeddhistisch keizerrijk.
Ik bekeek foto’s en plattegronden van de keizerlijke bezittingen, van de uitgestrekte tempelcomplexen die Japan rijk is. Ik las een opmerkelijke uiteenzetting van een godsdienstgeleerde. Een beschrijving van de verschillen tussen de boeddhistische tempels en kloosters die uit lage bebouwing en uitgestrekte terreinen bestaan en de christelijke kerken en gotische kathedralen met torens die reiken naar de Allerhoogste. De boeddhistische hallen en zalen die de verbreiding van de liefde en medemenselijkheid onder alle lagen van de bevolking symboliseren. Het boeddhisme met zijn leefregels om het kwade te vermijden en het goede te doen. Zonder geboden, zonder een hemelse Schepper, een Opperwezen dat aanbeden moet worden.
 
Op zoek naar de waarheid bezocht ik gedurende een half jaar bijeenkomsten van een boeddhistisch centrum in Den Haag, volgde rituelen en onderricht. Daar ontmoette ik een jonge monnik die leiding gaf aan meditaties voor het Japanse ambassadepersoneel. Ik vertelde hem over mijn zoektocht. Hij feliciteerde mij met mijn conclusies.
‘Wat de keizer het meest ontroerde,’ zei de monnik, ‘was niet eens de symboliek van de uitgestrektheid en de onderlinge verbondenheid van de gebouwen, maar vooral de kelders, de verblijfsruimten gedeeltelijk onder de grond en in en onder water gebouwd. Hij noemde dat het toppunt van nederigheid. De keizer heeft in Fort Everdingen nog een nacht willen slapen, maar dat wilde zijn vrouw Michiko niet.’
De monnik voorspelde dat de Forten de komende jaren met Japanners overspoeld zullen worden.

*'Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen', een bundel van 100 zkv's (zeer korte verhalen) verschijnt begin 2019 bij Uitgeverij Vijfheerenlanden. Met tekeningen van Gert Strengholt.​
0 Reacties

Vrede van God*

1/11/2018

0 Reacties

 
Foto
Een wandeling door Zijderveld, het oudste kerkdorp van de gemeente Vianen, staat al een tijdje op mijn bucketlist. Als ik er naar toe wil rijden zegt mijn vrouw dat ik rekening moet houden met de zondagsrust die in deze streng christelijke gemeenschap plichtsgetrouw wordt nageleefd.
Er is inderdaad niemand te zien zodat ik mij ongestoord kan vergapen aan de meters hoge borden voor de boerderijen en voor de kerk, met Neptunes, vissen en schelpdieren beschilderde panelen. In de tuinen, achter de ramen van huizen en in etalages ontwaar ik kleine blauwe kabouters. En als ik de Kerkstraat ben uitgelopen en mij omdraai word ik welkom geheten in het Smurfendorp.
Ik vraag drie meisjes in minirokken op skates wat dit te betekenen heeft. Ik ben beland in de feestweek van Zijderveld die duurt van 24 augustus tot 1 september. Als er vier jongens naderen, gaan ze er gillend van het lachen vandoor. De jongens rijden op squads waarvan de opgevoerde motoren de zondagsrust aan flarden scheuren.
Ik loop langs een verenigingsgebouw, bestudeer de etalages van de schaarse winkels, nergens een verwijzing naar het Waterjaar van Vianen waar Zijderveld toch waarachtig wel toe behoort. De opgeleukte sfeer, de overtrokken kleurigheid doet me denken aan de taferelen van boerenkermissen uit een lang voorbije tijd.
Gedesillusioneerd loop ik terug naar mijn auto die naast de kerk staat geparkeerd. De rij borden voor het Godshuis prediken de lof van de Allerhoogste. Op kunstwerken met een gigantische regenbogen staat ‘Gods teken’ en wordt ‘Vrede van God’ verkondigd.
En dan schaam ik me voor mijn zure gedachten waarin van verzoening geen sprake is. Wat steekt er nou voor kwaad in dit vredelievend dorp, met zijn levenslustige jongeren? Natuurlijk heeft hun feest met water te maken. De geschilderde onderwatertaferelen, de waterblauwe stripfiguren, de regenbogen die ook nog steun aan de homobeweging, aan diversiteit symboliseren.
Altijd positief blijven denken, zeg ik tegen mezelf. Ook al duurt hun Waterjaar maar een week.

*'Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen', een bundel van 100 zkv's (zeer korte verhalen) verschijnt begin 2019 bij Uitgeverij Vijfheerenlanden. Met tekeningen van Gert Strengholt.
0 Reacties

Het water dat leven schenkt*

26/10/2018

0 Reacties

 
Foto
De Open Atelierroute Vianen op 29 en 30 september was mij eerlijk gezegd tegengevallen. Niet om de geëxposeerde kunst- en nijverheidswerken, nee, die waren mooi, spannend vaak, maar weinig inspirerend. Voor mij tenminste. Want op inspiratie had ik gehoopt, op ideeën voor nieuwe waterverhalen. Ik had het ook gevraagd aan de kunstenaars waarvan ik het atelier bezocht: ‘Hebt u wat gedaan met het thema water van Vianen dit jaar? Hebt u zich door het Waterjaar laten inspireren?’ De reacties varieerden van een ontwijkende blik tot een vinger naar een streep blauw op het doek of papier met de opmerking dat water altijd weer terug kwam in het werk.
Uiteindelijk besloot ik nog een kijkje te nemen in de Grote Kerk hoewel ik daar al een paar weken geleden de schilderijententoonstelling had bekeken. Misschien vond ik hier de verlangde bezieling. Maar nee, alles was nog hetzelfde, inclusief het schelle licht dat weerspiegelde in het glas waarachter de tekeningen zich bevonden.
Terwijl ik langs de achterste banken naar de uitgang slenterde, zag ik uit een ooghoek, op de plek waar kerkgangers hun bijbels en psalmboeken leggen, een prentbriefkaart. Op de voorkant stond een vrouw omgeven door water in prachtige kleuren. Achterop stond onder een Arabische tekst die ik niet kon lezen: ‘Het water dat leven schenkt’. De kaart was geadresseerd aan iemand in de flats van de Vijfheerenlanden.
Hier was sprake van een vingerwijzing en dat was niet voor het eerst in mijn leven.
 
Ik werd open gedaan door een jongen van een jaar of vijftien, die meteen zijn moeder riep. Toen ze de kaart zag begon ze te stralen, stak beide handen omhoog en riep iets dat ik niet verstond. Ze wees op mijn schoenen die ik snel uittrok en wenkte mij om naar binnen te komen. Nadat ik had bedankt voor snoep en thee of iets anders en de jongen toch maar een glas water voor me had neergezet, begon ze te vertellen. Het verhaal overtrof mijn stoutste verwachtingen.
De vrouw was getrouwd met een Koerdische man en met hem uit Irak gevlucht. Zijzelf kwam uit Egypte waar haar familie nog woonde. De kaart was gestuurd door haar zus die schilderijen en tekeningen maakte.
Ik vroeg wat de Arabische tekst betekende. ‘Hetzelfde als wat er in het Nederlands staat. Het water dat leven schenkt. En dat heeft een bijzondere betekenis. Mijn zus gebruikt voor het mengen van verf en kleurstof geen gewoon water, maar vruchtwater. Zij krijgt dat van vrouwen uit het dorp als ze bevallen van een gezond kind.’
Ze moest lachen om mijn verbaasde reactie. ‘De mensen in Nederland weten dat niet, en vinden het denk ik ook raar. De sarcofagen van de oude Egyptische koningen, ja, inderdaad, de farao’s, mochten alleen beschilderd worden met kleurstof gemengd met vruchtwater afkomstig van de koninklijke familie. Als daar tekort aan was, ook van heilige dieren. Het vervuilde water van de Nijl werd gebruikt voor afbeeldingen van goden uit de onderwereld.’ Ze lachte en drukte de kaart tegen haar borst.
‘Wat een schitterend verhaal,’ zei ik.
‘Nee,’ zei ze ‘het is geen verhaal, het hoort bij de geschiedenis van mijn land.’
Ze stond op. ‘Mijn man komt zo thuis, ik moet eten maken. Wilt u misschien blijven eten?’
Ik bedankte haar hartelijk.
Bij de deur klopte ze op haar buik. ‘Ik maak hier mijn eigen kunstwerkje.’
 
Buiten bedacht ik dat het een raadsel was hoe de kaart in de kerk was gekomen. En dat vond ik ook eigenlijk wel prima.

*'Mijn Vrijstad Vianen in Waterverhalen', een bundel van 100 zkv's (zeer korte verhalen) verschijnt begin 2019 bij Uitgeverij Vijfheerenlanden. Met tekeningen van Gert Strengholt.
0 Reacties
<<Vorige
    Foto
    Bezoek de website voor alle weetjes en nieuwtjes

    Foto
    Klik op de afbeelding voor een fotoreportage van de presentatie op vrijdag 15 september 2017
    Foto
    Klik op de afbeelding voor een fotorapportage van de presentatie op zaterdag 8 oktober 2016.
    Wil je een gesigneerd exemplaar van een van mijn boeken? Mail je adres naar
    info@mijn2deleven.nl
    Foto
    Mijn verhalen in literaire tijdschriften
    Foto
    Klik op de afbeelding voor een fotorapportage van de presentatie op 18 september 2015.
    Picture
    Picture
    Klik op de afbeelding voor een fotorapportage van de presentatie op 3 juni 2014.

    Foto

    RSS-feed