
In het nieuwe nummer van Schrijven Magazine wordt The art of friction, een schrijfboek van Charles Blackstone en Jill Talbot, besproken. De auteurs vinden het verschil arbitrair. ‘Fictie, net als non-fictie, gaat over de mogelijkheid van iets. Het zijn geen categorieën die schrijvers zelf zouden moeten hanteren. Als je schrijft, schrijf je, en gebruik je alle middelen en technieken om je verhaal over te brengen. Je hoeft er zelf als schrijver niet je hoofd over te breken.’
Maar, vraag ik me af, als je schrijfdocent en medecursisten dat nou wel doen, wat dan?