
Zaterdagavond, lijn 9 in Amsterdam. Ik herkende de redacteur van een groot landelijk ochtendblad. Ik wees op de brochure in zijn hand opengeslagen bij de aankondiging van mijn boek. ‘Het is fictie, hoor,’ zei ik.
‘Dat maken wij wel uit,’ zei hij.
‘Dat maken wij wel uit,’ zei hij.